De eerste aardappelen kunnen nu de grond in. Plant 1 pootaardappel om de 40 cm met aan afstand tussen de rijen van 50 à 60 cm. Maak meteen een heuvelrug boven de net geplante aardappelen. De tomaten, paprika’s en aubergines kunnen nog niet naar buiten maar kunnen intussen wel verspeend worden. Plant ze nu een stuk dieper, elk in een afzonderlijk potje van ca. 5 cm. Zorg dat ze binnen voldoende gelijkmatig verdeeld licht krijgen zodat ze sterk kunnen uitgroeien tot individuele planten.
Prei kan nu worden geplant uit plantgoed, respecteer een plantafstand van ca. 15 cm en plant de plantjes 5 à 10 cm dieper. Heb je reeds prei gezaaid in maart dan kan je de zaailingen nu dunnen op 5 cm en eventueel een eerste maal aanaarden indien de scheuten al stevig genoeg zijn.
Bij het zaaien van andijvie kan je kiezen tussen dicht zaaien als snijgroente of dunnen en uitplanten als grote individuele kroppen.
Met een beetje geluk kan je net voor half april de eerste asperges oogsten. Als je voor de groene teelt hebt gekozen uit zaden dan kan je na het tweede jaar reeds 0,5 cm dunne asperges oogsten. Deze dunne delicatessen kunnen zo rauw in de salade.
In de derde week van april kunnen we enkele leuke gewassen voorzaaien, dit doen we binnen op de vensterbank. De basisregel luidt: één zaadje per potje. We hebben het hier uiteraard over courgetten, pompoenen, artisjokken en komkommers. Buiten kunnen we nu even koolrabi’s proberen, deze kan pas in de winter worden geoogst en kunnen ook de gehele winter in de tuin blijven zitten.
Tot midden april kan je nog rucola zaaien, deze pittige notensla is zeer geliefd en kan tot diep in de zomer worden geoogst, ook de bloemen op het eind van de zomer zijn eetbaar! De plant zaait zichzelf goed uit zodat je waarschijnlijk nooit meer zonder zal vallen, indien je het wenst kan je in september opnieuw zaaien zodat je ze ook in de winter kan oogsten.
Tegen het eind van de maand kan je voor de derde keer radijsjes zaaien en mogen de tomatenplanten, die intussen staan te popelen om buiten te mogen, nog éénmaal worden verpoot naar individuele potjes van 9 tot 12 cm. Plant ze opnieuw een stuk dieper met een deel van de stengel ondergronds.
Houd bij het zaaien steeds nog wat zaden achter de hand voor het geval de eerste zaaibeurt in het water valt, zaai indien nodig na ca. 2 weken opnieuw. Met een verzameling van heermoes, brandnetels en smeerwortel maak je met gemak een snelwerkende en bovendien biologische plantenvoeding. Stop de kruiden in een afgesloten vat met regenwater, roer regelmatig om en laat het drie weken staan. Verdun 1 deel gier op 10 delen water. Een leuke tip…want het onkruid moet toch worden gewied!
Recente reacties